De EU heeft grote invloed op de wijnbouw
De EU bepaalt ontzettend veel. We denken direct aan gewasbescherming, maar ook aanplantrechten, toegestane oenologische technieken en hulpstoffen, maar ook herkomstbenamingen en etiketteringsregels worden door de EU geregeld c.q. opgelegd.
Vaak is het beleid door andere Europese doelstellingen ingegeven zoals de Green Deal of het Europe's Beating Cancer Plan.
EtikettenDe EU bepaalt de regels voor wijnetiketten en het is de FOD Economie die op de naleving van deze regels naziet.
|
FOD Economie – Etiketten
FOD Economie dienst etikettering tel. 02-2778004
|
Europese Regelgevingsmaatregelen
De lidstaten bepalen welke wijndruivenrassen op hun grondgebied toegelaten zijn voor de productie van wijn, op voorwaarde dat die rassen behoren tot de soort Vitis vinifera of een kruising zijn tussen voornoemde soort en een andere soort van het geslacht Vitis. Voor oorsprongsbenamingen uitsluitend Vitis vinifera terwijl voor wijnen met een geografische aanduiding (Vlaamse landwijn) ook hybriden zijn toegelaten.
De benamingen van wijncategorieën (wijn, mousserende wijn, wijnazijn, enz.) zijn vastgelegd en mogen binnen de Gemeenschap niet worden gebruikt voor producten die niet aan de vastgestelde voorwaarden voldoen.
Vanaf 1 augustus 2009 is de Commissie, bijgestaan door de lidstaten die zijn vertegenwoordigd in een regelgevend comité, verantwoordelijk voor de goedkeuring van de oenologische procedés *die zijn toegelaten in de Europese Unie. Daarbij baseert zij zich met name op de door de Internationale Organisatie voor wijnbouw en wijnbereiding (OIV) aanbevolen procedés. De lidstaten mogen voor de op hun grondgebied geproduceerde wijn strengere beperkingen opleggen voor het behoud van de wezenlijke kenmerken van wijn met een beschermde oorsprongsbenaming of geografische aanduiding, mousserende wijn en likeurwijn.
De regelgeving betreffende oorsprongsbenamingen *, geografische aanduidingen * en traditionele aanduidingen *worden van kracht op 1 augustus 2009 om de belangen van de consumenten en de producenten te beschermen en de productie van kwaliteitsproducten te bevorderen.
Vanaf 1 augustus 2009 gelden eenvoudiger etiketteringsregels. Het etiket van wijn zonder geografische aanduiding of oorsprongsbenaming mag het wijndruivenras en het wijnoogstjaar vermelden.
Onder bepaalde voorwaarden kunnen de lidstaten producentenorganisaties en brancheorganisaties erkennen. Hun gemeenschappelijk doel bestaat erin het aanbod af te stemmen op de vraag alsook milieuvriendelijke teeltmethoden en productietechnieken te bevorderen.
Omdat de Europese wijnbouw in een ware crisis verkeert zijn er Europese steunmaatregelen.
De lidstaten bepalen welke wijndruivenrassen op hun grondgebied toegelaten zijn voor de productie van wijn, op voorwaarde dat die rassen behoren tot de soort Vitis vinifera of een kruising zijn tussen voornoemde soort en een andere soort van het geslacht Vitis. Voor oorsprongsbenamingen uitsluitend Vitis vinifera terwijl voor wijnen met een geografische aanduiding (Vlaamse landwijn) ook hybriden zijn toegelaten.
De benamingen van wijncategorieën (wijn, mousserende wijn, wijnazijn, enz.) zijn vastgelegd en mogen binnen de Gemeenschap niet worden gebruikt voor producten die niet aan de vastgestelde voorwaarden voldoen.
Vanaf 1 augustus 2009 is de Commissie, bijgestaan door de lidstaten die zijn vertegenwoordigd in een regelgevend comité, verantwoordelijk voor de goedkeuring van de oenologische procedés *die zijn toegelaten in de Europese Unie. Daarbij baseert zij zich met name op de door de Internationale Organisatie voor wijnbouw en wijnbereiding (OIV) aanbevolen procedés. De lidstaten mogen voor de op hun grondgebied geproduceerde wijn strengere beperkingen opleggen voor het behoud van de wezenlijke kenmerken van wijn met een beschermde oorsprongsbenaming of geografische aanduiding, mousserende wijn en likeurwijn.
De regelgeving betreffende oorsprongsbenamingen *, geografische aanduidingen * en traditionele aanduidingen *worden van kracht op 1 augustus 2009 om de belangen van de consumenten en de producenten te beschermen en de productie van kwaliteitsproducten te bevorderen.
Vanaf 1 augustus 2009 gelden eenvoudiger etiketteringsregels. Het etiket van wijn zonder geografische aanduiding of oorsprongsbenaming mag het wijndruivenras en het wijnoogstjaar vermelden.
Onder bepaalde voorwaarden kunnen de lidstaten producentenorganisaties en brancheorganisaties erkennen. Hun gemeenschappelijk doel bestaat erin het aanbod af te stemmen op de vraag alsook milieuvriendelijke teeltmethoden en productietechnieken te bevorderen.
Omdat de Europese wijnbouw in een ware crisis verkeert zijn er Europese steunmaatregelen.
Europese wetgeving inzake beschermde herkomstbenamingen
Het is belangrijk dat bij de omzetting van de Europese richtlijnen en verordeningen de beslissers volledig en correct worden geïnformeerd. Hierbij is het belangrijk dat men op mensen kan terugvallen die over deze kennis en informatie beschikken. Het risico is groot dat er mensen vanuit puur eigenbelang een onvolledige en/of onjuiste voorstelling van zaken geven om hun eigen positie te verbeteren is immers aanwezig. De fouten in de Vlaamse wetgeving zijn hiervan een voorbeeld.
Hoewel Europa hybriden voor kwaliteitswijn niet toelaat, blijven mensen proberen om hun 'landwijn' tussen 'kwaliteitswijnen' te kunnen positioneren. De grootste en belangrijkste wijnbouwers van het land zijn niet per definitie deze welke zich het sterkst engageren in organisaties en verenigingen. Het is daarom belangrijk dat een kenniscentrum voor onafhankelijke en deskundige informatie kan instaan. |
Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, waarin het volgende bepaald is:
Artikel 19, lid 2: "In hun indeling geven de lidstaten de wijnstokrassen aan die voor de bereiding van elke van de op hun grondgebied geproduceerde v.q.p.r.d. geschikt zijn. Deze rassen moeten tot de soort Vitis vinifera behoren." 3. Alleen wijnstokrassen die in de indeling zijn opgenomen mogen in de Gemeenschap worden aangeplant, heraangeplant of geënt met het oog op de wijnbereiding. Deze beperking is niet van toepassing op wijnstokken die voor onderzoek en wetenschappelijke proeven worden gebruikt. 4. Oppervlakten die zijn beplant met voor wijnbereiding bestemde wijnstokrassen welke niet in de indeling zijn opgenomen, moeten worden gerooid, tenzij de productie uitsluitend voor consumptie door het gezin van de wijnbouwer is bestemd. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om toe te zien op de naleving van deze uitzondering. 5. Wanneer rassen uit de indeling worden geschrapt, moeten de wijnstokken van de betrokken rassen binnen vijftien jaar na die schrapping worden gerooid. Bijlage VI. B. 1: "Elke lidstaat stelt een lijst op van de in artikel 19 bedoelde druivenrassen die geschikt zijn voor de bereiding van de onderscheiden, op zijn grondgebied voortgebrachte v.q.p.r.d.. Deze rassen mogen uitsluitend van de soort Vitis vinifera zijn." |